Functie: Bedrijfshulpverlener
Organisatie: Werkt onder leiding van: Hoofd Bedrijfshulpverlening
Functiefamilies: Civiel en technisch personeel
Indicatie voor de functiefamilie : Hulpverlening
Resultaatgebieden:

Hulpverlening


Betreft het verlenen van hulp in en op het terrein van het ziekenhuis bij onverwachte en ongewenste gebeurtenissen (calamiteiten) die kunnen leiden tot schade aan personen, goederen en milieu o.m. het ontruimen van ruimten, het beperken en bestrijden van een (beginnende) brand, het verlenen van eerste hulp en het voorkomen van paniek.
Prestatie-indicatoren:
Hulpverlener is binnen 8 minuten op de plaats van de calamiteit
Mate waarin hulpverlener rustig blijft
Calamiteit wordt op de juiste plaats gemeld
Externe hulpverlener krijgt alle relevante informatie op tijd
Hulpverlener gebruikt de juiste communicatiemiddelen
Informatie wordt tijdig en van correcte aan andere instanties en diensten doorgegeven
Mate waarin patiënten, bezoekers en medewerkers op hun gemak worden gesteld
Mate waarin de juiste noodmaatregelen worden getroffen
Portofoonverkeer volgens protocol.

Rapportage en administratie


Betreft het afhandelen van de calamiteiten, de registratie van de calamiteiten en het vermelden van bijzonderheden en de overdracht van diensten aan collega's.
Prestatie-indicatoren:
Correcte en volledige afhandeling van de calamiteit binnen 24 uur
Correcte en volledige registratie van calamiteiten
Alle bijzonderheden worden gemeld en geregistreerd
Correcte en tijdige dienstoverdracht.

 

Denkbare kritieke situaties:

Alle meldingen worden serieus behandeld.


Hulpverlener wordt door de meldkamer opgeroepen om naar een polikliniek te gaan waar in het archief brand is uitgebroken. Er zijn van die polikliniek in de afgelopen maand al vier valse meldingen geweest. Iedere keer was het iets anders. Hulpverlener gaat er met spoed naar toe. Als hij aan de balie vraagt waar het archief is wordt hij hard uitgelachen. Hulpverlener blijft beleefd en vraagt opnieuw waar het archief precies is en onderzoekt of er daadwerkelijk brand is. Hij blijft serieus en overtuigt zich ervan of er al dan niet brand in het archief of in de directe omgeving is. Resultaat: alle meldingen worden serieus onderzocht en de hulpverlener blijft consequent en beleefd.

Juiste aanpak.


Bij de meldkamer komt een bommelding op een verpleegafdeling binnen. Als hulpverlener daar verschijnt is de chef de clinique druk bezig alle patiënten naar buiten te dirigeren. Sommige patiënten zijn reeds uit hun bed gestapt en strompelen richting de uitgang van de verpleegafdeling, er is sprake van het begin van paniek. Hulpverlener sommeert de chef de clinique dat hij het commando overneemt. Hij maant de patiënten en de medewerkers op de afdeling te blijven omdat er geen acute noodzaak is de afdeling met spoed te verlaten. De hulpverleners zijn aanwezig en er kan hen niets overkomen als zij de aanwijzingen van de hulpverleners opvolgen. Resultaat: Uitbreken van paniek en onnodige slachtoffers worden voorkomen Handelen als team conform instructies.
Van een Intensive Care komt een melding dat het water van het plafond naar beneden stroomt. De hulpverlener die het eerst arriveert zegt tegen het hoofd van de IC en de meldkamer dat het inschakelen van andere interne of externe hulpverlenende diensten niet noodzakelijk is. Deze vorm van overlast heeft hij al eerder meegemaakt en hij weet precies hoe dat klusje moet oplossen. De andere gearriveerd hulpverleners zijn het daar niet mee eens en er ontstaat een woordenstrijd tussen de hulpverleners. Het hoofd van de IC ziet zich genoodzaakt de Raad van Bestuur te bellen. Resultaat: het niet als team en niet volgens de instructies handelen levert een vertraging in de hulpverlening op.


Gedragscriteria:

Luisteren


Prestatie-indicatoren:

Doorvragen naar redenen en oorzaken.
Openstaan voor bijzondere signalen

Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid


Prestatie-indicatoren:

Boodschap komt over en wordt begrepen
De juiste woorden worden gebruikt
Een duidelijke en heldere formulering

Samenwerken


Prestatie-indicatoren:

Mate waarin men onderling en met externe hulpverleners samenwerkt
Goede samenwerking met andere diensten, afdelingen en functionarissen

Oordeelsvorming


Prestatie-indicatoren:

Weegt argumenten tegen elkaar af
Gaat niet over één nacht ijs
Komt met alternatieven

Energie


Prestatie-indicatoren:

Houdt aanzienlijke belasting lang vol
Ziet niet op tegen extra werk

Initiatief


Prestatie-indicatoren:

Wacht niet af, onderneemt zelf actie
Vraagt om meer of nadere informatie
Grijpt kansen aan

Aanpassingsvermogen


Prestatie-indicatoren:

Houdt overzicht bij onverwachte gebeurtenis
Werkt in een crisissituatie de belangrijkste taak(en) goed af
Anticipeert snel op wisselende situaties

Besluitvaardigheid


Prestatie-indicatoren:

Geeft duidelijke aanwijzingen
Twijfelt niet maar handelt weloverwogen Discipline
Prestatie-indicatoren
Instructies en afspraken worden strikt nageleefd
Is goed en snel bereikbaar

Prestatiemotivatie


Prestatie-indicatoren:

Neemt initiatieven voor aanpassingen
Toont enthousiasme en inzet
Leert relevante zaken bij

Stressbestendigheid


Prestatie-indicatoren:

Blijft kalm en zakelijk onder alle omstandigheden
Werkt onder alle omstandigheden nauwgezet
Houdt vol

 

Overige competenties:

Lagere technische/civiele beroepsopleiding
Goede fysieke conditie

 

Loopbaanmogelijkheden:

Instroomfunctie(s): geen

Horizontale mobiliteit: geen

Verticale mobiliteit:
Wachtchef bedrijfshulpverlening



Auteur R.Hilberts 02-6-99 | Laatst bijgewerkt 21-7-2007


Home Database competentieprofielen